IKT met gemeente Steenwijkerland
Een klein half jaar geleden is Steenwijkerland aangehaakt bij het Integraal Ketentesten (IKT). En dat legt de gemeente naar eigen zeggen geen windeieren.
Regelbeheerder Nico Oosten en Projectleider Omgevingsplan Sander Wennemers doen hier 'een enorme bak kennis en ervaring mee op'. Dit geeft hen het volste vertrouwen geeft om het omgevingsplan straks zo foutloos mogelijk in de lucht te krijgen. Beide heren nemen ons graag mee in hun gedetailleerde testaanpak en ervaringen met IKT.
Missing link
Oosten en Wennemers zijn samen onderdeel van het regieteam dat het omgevingsplan maakt. Oosten als regelbeheerder en Wennemers leidt als projectleider het hele proces in goede banen. Een rol die hij combineert met zijn functie van Beleidsmedewerker Ruimtelijke Ordening. Oosten: “Wij kwamen via onze softwareleverancier in contact met IKT. Het team wilde graag testen met een gemeente die werkt met Tercera GO! en Berkely Bridge, softwarepakketten die nu respectievelijk ‘xxllnc Omgevingsdocumenten’ en xxllnc Toepasbare Regels’ heten. Daar zagen wij ook wel wat in, gezamenlijk testen leek ons zeker nuttig.”
Oefenen van A tot Z
“We testen in de planketen alles wat we straks ook in productie moeten kunnen”, vervolgt Wennemers. “Dus zowel de basisvaardigheden als echt de diepte in. De verschillende manieren om toepasbare regels op te bouwen, de kwalificaties die we hierbij kunnen aanmaken, lukt het om besluiten aan te maken, et cetera.”
De heren testen zo uitgebreid, zodat ze straks ‘in productie’ voor zo min mogelijk verrassingen komen te staan. Oosten: “De Omgevingswet is best een kluif, voor iedereen is dit nieuw. Uiteindelijk leer je pas echt door te dóen. Met IKT kun je in een testomgeving oefenen met alles wat je moet kunnen, zodat je straks in de productieomgeving foutlozer kunt werken.” Wennemers vult aan: “We willen dus ook een goed beeld krijgen van waar alle termen naar verwijzen aan de voorkant en wat rechts het effect is als we links iets doen. Maakt onze software overal de juiste vertaling naar het DSO? We ontdekten bijvoorbeeld dat data soms op de Engelse wijze weergegeven werden in plaats van op de Nederlandse.”
Met IKT kun je in een testomgeving oefenen met alles wat je moet kunnen, zodat je straks in de productieomgeving foutlozer kunt werken. - Nico Oosten
Bak kennis en ervaring
Op de vraag hoeveel tijd de gemeente aan het testen kwijt is, reageert Oosten direct dat ‘kwijt’ niet het goede woord is. “Het is absoluut nuttige tijdsbesteding. We halen er zo’n bak kennis en ervaring uit! Om de twee à drie weken hebben we een uitgebreide sessie van ongeveer twee tot drie uur, waarbij ook de VNG betrokken is. Tussendoor oefenen we en zetten we dingen klaar, waar wekelijks voor ieder van ons toch ook wel ruim een uur in zit. Dit gestructureerde testen brengt ook een zekere verplichting met zich mee om daadwerkelijk de bevindingen uit te zoeken en motiveert ons om de volgende testronde met resultaat te komen. Daarnaast leer ik veel van hun denkrichting waardoor ik zelf ook gerichter aan de slag kan.”
Wennemers vervolgt: “Voorheen hield het toch een beetje op bij wat Nico en ik wisten en konden. Liepen we ergens tegenaan, dan moesten we schakelen met de softwareleverancier. Terwijl we nu vaak al direct tijdens een IKT-testronde een antwoord of oplossing krijgen. Een ook niet onbelangrijk: er worden vragen gesteld waar we zelf nog niet aan hadden gedacht.”
Wennemers kan het nog wel eens lastig vinden om iets waar hij tegenaanloopt goed te formuleren als probleemstelling. “Het IKT-team weet uit ervaring vaak beter hoe we het zo helder mogelijk kunnen omschrijven, met de juiste afkadering. En het team weet wat andere pakketten kunnen. Dus als wij de enige zijn bij wie iets niet lukt, dan ligt het hoogstwaarschijnlijk aan ons pakket – of aan onszelf haha! – en niet aan het DSO-LV. En laatst wist ik niet of ik een bepaalde actie – namelijk het publiceren van een BOPA in onze VTH-software – überhaupt mogelijk was. Het IKT-team vertelde me dat het moest kunnen, waardoor ik wist dat het het geen verspilde energie zou zijn om dit uit te zoeken en ermee te testen.”
Doordat het IKT-team vertelde dat een bepaalde actie moest kunnen, wist ik dat het het geen verspilde energie zou zijn om dit uit te zoeken en ermee te testen. - Sander Wennemers
Tevredenheid overheerst
De afgelopen periode heeft de gemeente behoorlijk kritisch getest en is overwegend tevreden. Oosten: “Veel zaken blijken prima te werken, dus we gaan niet wisselen van softwarepakket.” Wennemers beaamt dit: “Wij kennen nu de mogelijkheden én beperkingen van dit systeem en weten dat het gras elders niet groener is. Ieder pakket heeft plussen en minnen.”
De meeste ‘hickups’ zijn inmiddels verholpen. De gemeente prijst zich gelukkig deze zaken in de testomgeving tegen te zijn gekomen en niet ‘live’, in productie. “Een mooi voorbeeld had te maken met het invoeren van titels”, vertelt Wennemers. “Als we een kennisgeving doen van een planwijziging, kunnen we op meerdere plekken een titel invoeren. We waren heel benieuwd waar die dan aan de voorkant terechtkwam. Omdat wij de zogenoemde ‘citeertitel’ anders interpreteerden, bleken wij steeds de naam van het omgevingsplan te wijzigen. Dat is natuurlijk niet wenselijk. Stel, we wijzigen iets voor de Zuidwester Basisschool, dan mag de wijziging wel zo heten, maar je wilt niet dat het hele plan plotseling ‘Zuidwester Basisschool’ heet. Dit soort zaken ontdek je gewoon liever in de testomgeving dan in de productieomgeving.”
Een ander belangrijk leerpunt had te maken met de link tussen het omgevingsplan en de TR-software. Oosten: “Hoe zie je planwijzigingen terug in de toepasbare regels en hoe zorg je dat dit zo ‘mooi’ mogelijk gebeurt? Als je een regel toevoegt aan het omgevingsplan en daar vervolgens een goed werkende Toegepaste Regel van wilt maken, dan heb je bepaalde stappen te zetten. Tijdens het testen ontdekten we op welke plekken we niet moesten vergeten een ‘haakje’ te maken. Een klein ding, dat toch best grote gevolgen kan hebben als je het vergeet.”
Alle lichten op groen
Beide heren hebben zelf inmiddels een goed beeld van hoe alles zou moeten werken en hoe ze het omgevingsplan willen vullen.” Oosten: “Daar willen we nu verder concreet mee gaan spelen. Voor elk deelgebied binnen de gemeente willen we een volledig plaatje in de testomgeving maken, zodat we kunnen laten zien hoe wij het omgevingsplan voor ogen hebben. Maar dat is niet in beton gegoten; we willen graag een breedgedragen plan.”
Daarom zullen vervolgens ook andere collega’s betrokken worden. Wennemers legt uit: “Wíj kunnen wel blij zijn, maar zijn onze collega’s dat ook en werkt het ook voor hen? Stel, je doet een vergunningscheck, staat alles waar je verwacht dat het staat, werkt het logisch, et cetera. Wie weet komt daar nog feedback op en dit passen we graag nog aan in de testomgeving. Pas als we allemaal tevreden zijn, gaan we over naar productie.”